Voor veel mensen is dit een typische groenten waarvan ze geen idee hebben wat ze ermee aanmoeten. Zo zonde, want artisjok is zo lekker!
Ik zal hier mijn favoriete recept delen, maar ook beschrijven hoe je hem het beste kunt klaarmaken en niet onbelangrijk, hoe je de artiksjok moet eten. Want niet alles is namelijk eetbaar aan de artisjok!
Mijn favoriete bereiding (met wat aanpassingen :-)) komt uit het boek 'Zomer' van Yvette van Boven.
Het is een heel gemakkelijk recept, en het resultaat is smullen!
Artisjok 'en cocotte'
Ingredienten:
1 artisjok per persoon, sap van 1 citroen, olijfolie, 1 el roomboter, 1 el bloem, room en/of melk, verse nootmuskaatrasp, 1 eitje per persoon, geraspte parmezaan, zout en peper.
Snijd de stelen van de artisjokken af, en pel wat van de harde blaadjes rondom de artisjok af. Snijd ook een klein stukje van de bovenkant van de artisjok af. Breng in een ruime pan genoeg water aan de kook zodat de artisjokken onder staan. Doe de artisjokken in de pan zodra het water kookt, met een paar flinke scheuten olijfolie, sap van 1 citroen en wat zout. Laat de artisjokken zo 3 kwartier doorkoken op laag vuur.
Verwarm ondertussen de oven voor op 180 graden.
Bereid ondertussen ook de bechamelsaus. Smelt de roomboter in de pan en strooi de bloem erover. Laat de bloem 1 minuut meegaren en blijf ondertussen goed roeren. Maak de saus aan met slagroom of melk of beide, tot je een goede sausdikte hebt. Dit is ong. 150 ml. Maak de saus op smaak met peper en zout, en flink wat geraspte nootmuskaat. Zet de saus even aan de kant, hier vullen we straks de artisjok mee.
Als de artisjokken gaar zijn giet je ze af en laat je ze even wat afkoelen. Verwijder nu de zachte blaadjes uit het midden van de artisjok met een scherp mesje. Haal er zoveel weg zodat je een mooie ronde opening hebt en op de bodem van de artisjok het 'hooi' ziet. Dit hooi kun je niet eten en moet je heel voorzichtig met een lepel eruit scheppen.
Hier zie je een mooie doorsnede van de artisjok en zie je boven de bodem en onder de paarse blaadjes het hooi zitten. Deze moet je dus voorzichtig verwijderen.
Je hebt nu een mooie artisjok voor je liggen met in het midden een gat. Hierin schep je voorzichtig 2 eetlepels van de bechamelsaus. Hierop breek je voorzichtig een vers eitje. Probeer hierbij de dooier heel te laten. Bestrooi het ei met wat zout en peper en wat geraspte parmezaanse kaas.
Zet de artisjokken in een ovenschaal en zet 15 tot 20 minuten in de oven tot het eiwit is gestold en het geel nog helemaal zacht is.
Je eet dit als volgt: Je serveert een artisjok per persoon. Je trekt een voor een de buitenste blaadjes los, doopt deze in het ei/saus mengsel en trekt het zachte, vlezige gedeelte van de blaadjes los met je tanden. Vooral de buitenste blaadjes zijn verder hard, dus je eet niet het hele blaadje op. De middelste blaadjes zou je wel helemaal kunnen eten, maar die verwijder je voor dit recept. Je komt vanzelf bij het midden uit en als je geen blaadjes meer over hebt, heb je nog de bodem van de artisjok. Deze is het allerlekkerst en kun je in z'n geheel opeten.
Eet smakelijck!
